Als een baken rijst een reus met het syndroom van Down op. Monumentaal en indrukwekkend als hij is, vormt hij een landmark binnen de Walking Opera. Met zijn karakteristieke houding, geïnspireerd door Kobe Wyffels, een gespierde danser met het syndroom van Down, boezemt hij ontzag in. De monumentale sculptuur is van de hand van kunstenaar Franky Delaere en is helemaal uit klei opgetrokken. Deze keramische gigant straalt kracht en zelfzekerheid uit. In zijn grootsheid en tegelijk schoonmenselijke onvolmaaktheid verzet hij zich als een superman tegen een wereld waarin het streven naar perfectie en controle almaar meer terrein wint. Taai, vastberaden en trots durft hij de toekomst tegemoet te zien.

The most perfectly developed man?

In de nabijheid van de reus staart een okergele, stoere mannelijke figuur je aan. Echter, de fijn uitgewerkte expressie in de blik en zijn slip met kantenranden stroken niet helemaal met de alsnog in toom gehouden explosiviteit van zijn lijf. Met wijd gespreide benen neemt hij positie in, als een barricade waar je niet doorheen komt. De opgefokte spiergroei hoort te imponeren.

Al is dat ogenschijnlijk zo. Er schort iets aan: handen en voeten vallen best wat kleintjes en krachteloos uit. Ze staan niet in verhouding tot de overige spiermassa. Alsof ze niet volgroeid zijn, roepen ze even nare herinneringen op aan het schadelijke geneesmiddel Thalidomide uit de vijftiger – zestiger jaren, dat onderontwikkelde ledematen veroorzaakte. Dit blijkt dan toch niet the most perfectly developed man te zijn.

Hiermee meteen gaan stellen dat de kunstenaar verwijst naar een slachtoffer van een of ander medisch schandaal is dan weer een brug te ver. Onze blik is in dat geval al te vooringenomen. Het werk hoort behoedzamer aangepakt en gelezen te worden. En conclusies trekken we best niet. Want mysterieus blijven ze, de werken van Misleidys Castillo Pedroso.

Graven in het werk en leven

Het prikkelt om te graven in het werk en leven van deze Cubaanse kunstenares. Evenwel, hengelen naar de werkelijke beweegredenen van de kunstenares zal een moeilijk opdracht blijken naderhand. Het werk lijkt zich hardnekkig vast te klampen aan zijn raadselachtige status, mede door zijn harde bast, mede door de onverstoorbaarheid en de beperking van de maker. Maar het zoeken naar mogelijke sleutels maakt het dan weer net interessant. Een ingang vinden om onze eigen roerselen erin te projecteren: de Hineininterpretierung mag dan wel om de hoek schuilen, de oefening op zich houdt de geest wakker en het vizier breed.

Deformatie

Bij een terugblik op de kleine afwijkende details binnen de afgebeelde figuur, vraagt een geoefend oog zich af of de vormtechnische skills van Pedroso dan wel niet ontoereikend zijn. Echter, net die imperfectie maakt het interessanter dan een gave beeltenis van een zoveelste artificiële bodybuilder, toch?

Van bij de eerste oogopslag valt de deformatie van de figuur op. Het gaat hier niet zozeer om de vertrouwde picturale deformatie vanuit een klassiek expressionistisch perspectief bekeken. Waar wanhoop, angst, drift en psyche door de verf van de expressionist heen beuken, trekt de bodybuilder van Pedroso een muur op waar geen of weinig gemoed tegen opgewassen is. Hoewel er toch kieren ontstaan in die harde bolster. Wie is zij dan, de kunstenares Pedroso?

Heiligdom

Misleidys Castillo Pedroso zag het levenslicht in 1985, in de buurt van Havana. Ze werd geboren met ernstig gehoorverlies. Haar vader liet het gezin in de steek toen zij nog heel jong was. Omdat het kleine meisje tekenen van ontwikkelingsstoornissen vertoonde, plaatste haar moeder haar op vijfjarige leeftijd in een gespecialiseerde voorziening. Naarmate de symptomen van autisme duidelijker werden, moest ze echter ook daar vertrekken. Ze ging terug thuis wonen, bij haar moeder en jongere broer. Door het ontberen van de juiste medische en sociale ondersteuning raakte ze totaal afgezonderd van de maatschappij.

Zo begon ze op een dag te tekenen en schilderen, en ontwikkelde een beeldtaal om te communiceren met de wereld.

Aangezien ze zich niet door de gebruikelijke communicatiemiddelen kon bedienen, zocht Misleidys haar heil in een ander medium en vulde zo de leegte van het isolement op. Zo begon ze op een dag te tekenen en schilderen, en ontwikkelde een beeldtaal om te communiceren met de wereld. Dat werden schamel geklede mannelijke silhouetten met geprononceerde gelaatstrekken en felgekleurde organen, spieren en weefsels. Sporadisch werden daar wel eens dieren en demonen aan toegevoegd. Maar waar het vroeger vooral mannen waren, duiken er recenter ook vrouwen tot soms transgenders op.

De silhouetten van bodybuilders werden vervolgens uitsneden. Ze tekende ze almaar groter tot ze de menselijke maat overschreden. De omtrekken knipte ze uit en bevrijdde de gestaltes van hun oorspronkelijke papieren omgeving, op zoek naar een andere drager. Zo kwam ze al snel uit bij een drager binnen handbereik en plakte haar figuren op de muren van haar kamer, en bij uitbreiding over het ganse huis verspreid. Overal doken ze op, tot in de slaapkamers van haar moeder en haar broer. De figuren werden geassembleerd tot kamerversieringen. Maar veeleer dan louter een speeltuin lijkt het alsof ze er stukje bij beetje haar heiligdom installeerde.

Elke dag nog schildert Misleidys Francisca Castillo Pedroso in de woonkamer van het appartement. Met haar figuren in veelvoud, als een invasie van visuele ruis, doorbreekt ze de stilstand en verveling binnen het ouderlijke huis. Zowel motief als handeling voelen daarbij heel systematisch-obsessief aan.

Een muur van bescherming

De afgebeelde figuur poseert als een bodybuilder. Zijn gebalde vormen worden geprononceerd door zwarte contouren en zijn in een soort stripstijl getekend en vlak ingekleurd. Deze opvallende verschijning met zijn flink wat aangezette mannelijke torso is representatief voor haar oeuvre. De vorm en de impact ervan zijn voor de kunstenares van doorslaggevend belang.

Net als tijdens een bodybuildingwedstrijd nemen haar krachtpatsers een lichaamshouding aan in gespreide benenstand. Met een dergelijk draagvlak krijgt niemand je uit evenwicht. Verder zijn de tenen naar buiten gericht met de armen op de heupen, achter de heupen of opgetild met gebogen biceps. De kunstenares volgt duidelijk het sjabloon van de standaardposes. Deze terugkerende patronen lijken van haar personages kunstmatige poppen te maken.

Hypothetisch gesteld kunnen we zeggen dat er in de keuze van haar onderwerp een houding schuilt van ‘er valt niet te rotzooien met mij’. Als lijkt ze de buitenwereld te waarschuwen voor misbruik van haar fragiliteit, ‘of je krijgt een pak rammel van mijn bodyguard’! Het feit dat Pedroso een wereld van kleerkasten schept, kan er dus op wijzen dat ze een muur van bescherming optrekt tegen de bedreigende wereld waarin ze toch niet terecht kan. Haar spieromanen horen de buitenwereld dan maar angst in te boezemen.

Haar mannen dragen een eenvoudige slip, vaak met de letter “T” in een ruitvormig patroon. Haar vrouwen dragen een bikinibroek maar ze hebben kantenranden en hartvormen die de letter “E” omsluiten.

Naar verluidt communiceert ze met haar personages, en dat door middel van de gebarentaal. Naast het feit dat ze haar konterfeitsels als de wachters van haar shelter inzet, wijst dit erop dat ze hen tevens als haar medebewoners en medeburgers beschouwt. Die bevrijden haar van het gevoel van eenzaamheid en scheppen een gemeenschap van bovennatuurlijke mannen, vrouwen en transgenders: haar antipoden dan wel, maar die zij wel degelijk zelf schept en waardoor ze de touwtjes in handen heeft. Het onderscheid in geslachten is zelfs waarneembaar in de afbeelding van ondergoed. Pedroso kan lezen noch schrijven maar haar mannen dragen een eenvoudige slip, vaak met de letter “T” als monogram, in een ruitvormig patroon. Haar vrouwen dragen een soortgelijke bikinibroek maar ze hebben kantenranden en hartvormen die de letter “E” omsluiten.

Zo creëert Pedroso niet alleen figuren vanuit de fascinatie voor über-lichamen maar tevens schept ze een veilige en bewoonde parallelle wereld op de schaal van een woonhuis. Een begripsvolle microwereld in de begripsloze wereld?

Spierformatie

De ietwat krakkemikkig opgebouwde spierformatie roept niet die kunstmatigheid op die we terugvinden in het lichaam van een bodybuilder. Bovendien zijn het gezicht en de vingers van een soort finesse die afsteekt tegen de rest van het lichaam. En dan is er de gelaatsexpressie die doet denken aan kunstenaars uit de Italiaanse Transavantgarde beweging uit de late jaren 1970 en begin jaren 1980. Karen Wong, adjunct-directeur van het New Museum of New York, heeft het in een catalogustekst over de formele overeenkomsten met het werk van Francisco Clemente.

Hoewel zelf tenger van lichaamsbouw schenkt Pedroso volle aandacht aan over-gearticuleerde bicepsen, schouders en borsten.

Spieren worden consequent afgebakend in dikke zwarte strepen en de huidskleur is nu eens geel dan weer bruin, of zelfs groen en aquamarijn, de teint van aliens. Hoewel zelf tenger van lichaamsbouw schenkt Pedroso volle aandacht aan over-gearticuleerde bicepsen, schouders en borsten. De buiken beantwoorden aan het sterk in zwang zijnde sixpack model, het ultieme streefdoel van meer en meer ijdele mensen. De spiermassa is zelfs zo afgetekend dat de figuren demonteerbaar lijken. Alsof de onderdelen protheses zijn, en de lijnen naden vormen.

Bepaalde spiermassa’s durven ook op zichzelf gaan staan en een eigen leven leiden, buiten het begrip van de menselijke figuur. Al naargelang de fixatie van onze blik tekenen dikkere zwarte lijnen binnen het lichaam zich af en vormen zich tot autonome, abstracte patronen.

Weggeknipt

We kunnen niet om de opmerkelijke aanwezigheid van de stukken bruine tape heen. Deze ritmisch aangebrachte ankerpunten overstijgen hun praktische functie bij het beschouwen van het werk. We kunnen ze lezen als gigantische uitgroeisels op de huid, dikke stekels. We kunnen ze lezen als gigantische spijkers.

Aan de ene kant krijgen we het gevoel dat Pedroso haar krachtpatsers letterlijk én figuurlijk vastzet, wat hen eerder hulpeloos dan imponerend maakt. Ze spijkert ze als gevangenen tegen de muur, houdt ze in bedwang en verzwakt ze. Ze verworden tot verstrikte, warriors uit de fantasy art. Wapenloze gladiatoren. Wat in het licht van een mogelijke beschermende rol dan weer de bedoeling niet mag zijn. Aan de andere kant aanbidt ze haar krachtpatsers als idolen. Ze prijken als posters aan de wand.

Het uitknippen maakt ze onderling inwisselbaar en inzetbaar in andere omgevingen. Wat dan weer dankbaar is voor een tentoonstellingsmaker. Zo maakte haar leger krachtpatsers reeds indruk op tentoonstellingen in o.a. Cité de la Mode et du Design in Parijs, University of Kentucky (Albert b. Chandler Hospital), Oliva Creative Factory in Sao Joao da Madeira, en zijn er stukken in de collecties Treger Saint Silvestrein Porto en Hannah Rieger in Wenen.

Ongenaakbaar

Het werk van Pedroso is raadselachtig. Bij het lezen slingeren gedachten heen en weer maar het motief van de stoïcijnse kunstenares blijft ongenaakbaar. Zoveel blijft onopgehelderd maar het werk is aangrijpend. Ongewild biedt Pedroso’s universum onderdak aan onze bekommernissen omtrent de samenleving. Het haakt in op de brandende actualiteit en gaat over idealisme, utopie, inclusie versus exclusie, perfectie versus imperfectie en zoveel meer. Mede daardoor is dit oeuvre relevant binnen de context van de hedendaagse kunst. Getuige hiervan haar aanwezigheid op de komende tentoonstelling ‘Flying High: Women Artists of Brut Art’ die plaats zal vinden in het Kunstforum van Wenen, 2019. Een mooie referentie.

Het werk van Castillo Pedroso wordt vertegenwoordigd door Galerie Christian Berst / Art Brut in Parijs.

Hoewel zelf tenger van lichaamsbouw schenkt Pedroso volle aandacht aan over-gearticuleerde bicepsen, schouders en borsten.

Deze website maakt gebruik van cookies. Door op ‘accepteren’ te klikken, ga je akkoord met ons privacybeleid.